Lariks

Lariks (Larix) of lork is een geslacht van coniferen. Het geslacht is het enige algemeen in West-Europa voorkomende geslacht dat in de winter zijn naalden laat vallen. Lariks komt voor in de koelere gematigde streken op het noordelijk halfrond. De bomen wordt zo’n 15-30 m hoog, hebben een open kroon en knobbelige takken. De kleine naaldachtige bladeren zijn in de lente eerst heldergroen, worden dan zachtgroen, en in de herfst kleuren ze een fel oranje-geel.

Beschrijving
De twijgen kennen twee vormen: de lange loten van 10-50 cm, en de dwergloten van 2-5 mm. Aan de lange loten staan de blaadjes solitair, aan de dwergloten staan ze in dichte kransjes van tien tot twintig stuks. De mannelijke bloemen verschijnen net even eerder dan de bladeren en bestaan uit dichte bundeltjes gelige meeldraden. De vrouwelijke bloemen zijn schubbige rozetjes die verticaal aan de lange loten groeien. Eerst zijn ze groen of rood of paars van kleur; na bevruchting rijpen ze in ongeveer een halfjaar tot grauwbruine frommelige kegeltjes van 1-5 cm groot.

Neem voor meer informatie contact met ons op